‘Toegevoegde waarde GGZ door samenwerking’

Column Marjolein Verstappen, directeur zorginkoop en vicevoorzitter directie, divisie zorg & gezondheid Achmea

‘Toegevoegde waarde GGZ door samenwerking’
24–10–2013
De toegevoegde waarde van de GGZ komt bij chronische cliënten vooral tot uiting in die projecten en zorginitiatieven, waarbij de GGZ de samenwerking zoekt met andere partijen en zich in de directe leef-, werk- en woonomgeving van cliënten begeeft. Dat is ook de weg die de GGZ bij deze groep cliënten steeds meer inslaat. Een ontwikkeling die ik van harte toejuich, omdat juist daar het maatschappelijke rendement van de GGZ het best zichtbaar is.

Nog niet eens zo heel lang geleden was de behandeling van mensen met ernstige psychiatrische problematiek (veelal chronische GGZ-cliënten) meestal uitsluitend gericht op het behandelen van de stoornis door de psychiaters. In die tijd werden de bijkomende problemen waar veel van deze cliënten ook mee te maken hebben -zoals bijvoorbeeld huisvesting, schulden of het ontbreken van een dagbesteding - niet in de context van de behandeling meegenomen. Inmiddels weten we dat aandacht voor het totaalperspectief op de problematiek van deze cliënten veel meer effect heeft.

Het inzicht dat je er met alleen de focus op de psychische stoornis vaak nog niet bent, heeft ertoe geleid dat verschillende partijen in het maatschappelijke veld naast de psychiatrische behandeling ook met elkaar samenwerken op het gebied van wonen, welzijn, werk en inkomen. Dat is een belangrijke ontwikkeling geweest, waar wij als zorgverzekeraar in onze kerngebieden ook nauw bij betrokken zijn.

Een aardig voorbeeld is de aanpak van daklozenproblematiek in Amsterdam, Utrecht en Rotterdam. In deze steden hebben wij samen met de gemeente en onze zorgkantoren vanaf 2006 mooie resultaten geboekt. Niet alleen door deze mensen, die soms kampen met ernstige psychiatrische aandoeningen zoals schizofrenie of psychoses, de zorg te laten krijgen die zij nodig hadden. Maar ook door tegelijkertijd te werken aan een zinvolle dagbesteding, beheersing van de schuldenlast en andere achterliggende problematiek, zodat herstel en eigen regie worden bevorderd.

In samenspraak met deze gemeenten is er veel geïnvesteerd in ambulante zorgnetwerken, meer beschermd wonen (aangepaste woningen voor mensen met psychiatrische aandoeningen), meer sociale pensions en directe toegang tot GGZ-zorg. Het gevolg hiervan is om te beginnen dat deze mensen de behandeling krijgen die ze nodig hebben en vervolgens dankzij een zinvolle dagbesteding en een schuldsaneringstraject hun leven weer op kunnen pakken. Daarnaast is een belangrijk bijkomend effect hiervan dat er ook op straat minder overlast wordt ervaren.

Het aantal daklozen in Amsterdam bedroeg voor de start van het project ongeveer 4.000. Daarvan zijn er meer dan 3.700 mensen die ingestroomd zijn in een zorgtraject, en 70% daarvan is nu gestabiliseerd. Ook het aantal huisuitzettingen voor mensen die te maken hadden met een psychiatrische stoornis, gecombineerd met de bovengenoemde meervoudige problematiek, nam met meer dan 30% af. In Utrecht en Rotterdam kunnen we vergelijkbare cijfers laten zien.

Hele mooie cijfers dus, waar alle samenwerkende partijen trots op kunnen zijn. Maar ook cijfers die geen enkele instantie in zijn eentje had kunnen bereiken. Dit resultaat hebben we dus te danken aan alle deelnemende partijen en hun wil om samen te werken. In die samenwerking zien we direct de toegevoegde waarde van de GGZ. Deze en andere samenwerkingsvormen, die rondom de cliënt en zijn leefomgeving worden georganiseerd, zijn wat mij betreft de manier waarop de toekomstige GGZ-zorg voor deze specifieke groep cliënten eruit ziet. En dat is dan ook waar wij als zorgverzekeraar de komende jaren verder in willen investeren.

Alliantie Nederland Rookvrij!
Oude Gracht Groep
IKA Ned
Stichting Kwalificatie & Curriculum Autoriteit
VERA Health and Education
De Rookvrije Generatie